Varen met een Boelschip

interview met elie petitjean

 

Op de nieuwjaarsreceptie van januari 2024, bracht oud-collega Buytaert Patrick mij in contact met een kapitein die een groot deel van zijn professionele loopbaan voor Exmar heeft gevaren. Voor deze rederij heeft hij regelmatig toezichtwerk verricht in Temse en de eerste reis van schepen meegemaakt. De persoon in kwestie is de geboren en getogen Bruggeling Elie Petitjean.

 

De zee had al vlug zijn aandacht. Het onbekende, het avontuur, maar vooral het vooruitzicht om zelf je leven te kunnen sturen was zijn motivatie. Door studie en werk een loopbaan uitbouwen, zijn ideale drijfveer. Via het echte zeeleven en de opgedane ervaringen doorgroeien van cadet tot gezagvoerder trok hem aan.

Maar eerst volgde Elie zijn humaniora jaren aan het Sint-Leo College in zijn thuisstad.

Sint-Leo college in Brugge ( Wikipedia )

Zijn eerste schip was de Eeklo (BN 1410). Hier beleefde hij zijn “amarinage”1 van 5 november 1966 tot 5 juni 1967. In die dagen dienden studenten van de hogere zeevaartschool minstens 180 zeegewenningsdagen voor te leggen alvorens aan de officiersopleiding te kunnen beginnen.

Na de zeevaartschool diende Elie als officier van wacht bij CMB waar hij hoofdzakelijk de lijnvaart tussen Afrika en de Perzische Golf diende.

We zijn 1977 als hij als eerste stuurman zijn opwachting maakt op Cockerill Yards voor de oplevering van de Mineral Luxembourg, een bulk carrier van 40.000 ton. Van dit type schip werden er nog twee gebouwd, Mineral Samitri en de Mineral Hoboken. Eerder werden nog enkele bulkcarriers gebouwd van 35.912 ton. Samen met de Mineral Marchienne, Mineral Alegria uit 1973 en de Mineral Belgium uit 1976 vormden deze CMB schepen de “Mineral-vloot”.

 In 1978 verschijnt hij op Boelwerf. De Methania is in zijn eindfase en Elie volgt, als toezichthouder voor de eigenaar, de testen. Helaas kan hij niet mee op proefreis. Voor het behalen van het brevet “Gascargo Handling Management” dient hij de nodige ervaring op te doen op een Franse en Britse gastanker. Het was zijn eerste ervaring met gastankers, LPG in dit geval. Het diploma wordt met verve gehaald.

De Methania verlaat Temse ( Foto: archief Op Stoapel )

Het was wel degelijk de bedoeling om op de Methania terecht te komen. Hier ook weer helaas, de Methania wordt na zijn proefreis naar Noorwegen gestuurd en opgelegd in Haugesund, tussen Bergen en Stavanger.

De Methania (BN 1487) was gebouwd voor een specifieke reis, namelijk Zeebrugge-Arzew (Algerije)-Zeebrugge. Omwille van dit traject wist men dat door ‘boil-off’2 het vloeistofpeil nooit onder een kritiek niveau zou komen. Omdat het project in 1978 niet kon starten, wegens het niet klaar zijn van de terminal in Zeebrugge, was het wenselijk dat de Methania voor andere opdrachtgevers kon worden gecharterd. Hiervoor moest men het sloshing3 probleem oplossen. In Malmö werden daarom versterkingen aangebracht in de top en de bodem van de cargotanks.
In Noorwegen heeft Elie een lange tijd doorgebracht op de Methania. Elke week werd daar een controle gehouden op de dichtheid van de tanks en de barriers , die gevuld waren met stikstof.
Hierna volgde een korte oplegperiode in Brest waarna de toen grootste gastanker ter wereld,  met eerste stuurman Elie, op 19 december 1982 naar Bethouia in Algerië voer om zijn eerste lading in te schepen.

De LPG tanker Eupen, ons bouwnummer 1509, bracht hem opnieuw naar Temse. Het schip werd opgeleverd op 27 augustus 1983.

Het volgende bouwnummer dat hij begeleidde, nu als kapitein, was eveneens een LPG tanker, de Tielrode (BN 1510).

 

Vanaf 14 december 1983, de oplevering van de Tielrode, is het gedaan met de lijnvaart. Eindelijk de wilde vaart en een meer boeiend zeemansleven.

En of het boeiend werd. 

In Noorwegen werd voor het eerst VCM4 geladen in tank CTK1 en CTK35. De reis ging naar de Golf van Mexico, meer bepaald een haven op de Mississippi.
Bij zware deining bleek een volle tank VCM gas te zwaar voor de staal constructie van de onderliggende dubbele bodem. Een scheur over 20 meter van de scheepszij en de holdspace aan stuurboordzijde onder de waterlijn was het gevolg. De reis naar de Golf werd geschrapt en er werd binnengelopen op de Bermuda’s voor voorlopige herstellingen. Een deel lading werd verplaatst naar CTK2 zodat de druk op de bodem verminderde. Via het Suez kanaal werd dan naar Taiwan gevaren waar de lading veilig en wel werd gelost.
Van daar ging het linea recta naar het droogdok. In Spore6 werden de nodige reparaties uitgevoerd én versterkingen aangebracht. Uiteraard werden deze wijzigingen aan de bouwer gemeld. Het zusterschip van de Tielrode, m/v Gent (BN 1519) nog in aanbouw, werd aangepast.

Een volgende LPG tanker die Elie opvolgde op de werf was de Sombeke. Dit schip (BN 1533) is gedoopt aan de Gerlachekaai 20, 2000 Antwerpen.
Deze plechtigheid verliep samen met de inhuldiging van de Belgica. Het vertrok 24 november 1990 voor zijn eerste reis.

De Sombeke voor de Gerlachekaai met kantoorgebouwen ‘Belgica’. Foto: Archief Op Stoapel.

En dan volgt een ander opmerkelijk bouwnummer, de gastanker Kemira Gas (BN 1546), waarvoor Elie regelmatig op de werf kwam. Dit was het laatste schip dat op 7 oktober 1995 Temse verliet. 
De Kemira Gas gleed op deze koude regenachtige dag onder het oog van gelaten toeschouwers doorheen de brug en luidde het absolute einde van de werf in. Ook het lied van de Boelharmonie was hiermee uitgespeeld.

Maar Elie’s liedje duurde nog langer. Zo was hij betrokken bij de bouw en opvolging van de LPG carrier Antwerpen Venture op de Japanse werf van Ariaka. Op deze Hitachi werf was indertijd onze oud Boelwerf collega Patrik Buytaert een jaar lang actief als surveyor voor deze gastanker, als het ware van plaat tot schip. De Antwerpen Venture was oorspronkelijk besteld door een Noorse Rederij.

Gedurende zijn lange loopbaan heeft Elie volgende Boelwerf schepen bevaren: Methania, Eupen, Tielrode, Gent, Chaconia, Sombeke en Kemira Gas. Hij heeft alle continenten aangedaan, door het Suez-, Panama-, Kielkanaal, Bosphorus en de Dardanellen gevaren en Kaap de Goede Hoop en Kaap Hoorn gerond van Oost naar West. Kortom, hij heeft zijn droom zien uitkomen.

Enkele bijzondere gebeurtenissen wil hij ons niet onthouden.

Bij een stop ter hoogte van Pitcairn7 was er een bezoek van de plaatselijke bevolking aan boord. Het afscheidslied dat deze mensen ten gehore brachten vanuit hun walvissloep was  bijzonder aangrijpend. Hij denkt er nog steeds met weemoed aan terug.

Het jaar 1991 is er een om nooit te vergeten. Om te beginnen was er de reis naar Singapore op de Gent met aan boord schrijfster Brigitte Raskin. De auteur voer mee ter voorbereiding van de roman ‘De eeuw van de Ekster”.

In oktober van datzelfde jaar kreeg Elie bezoek aan boord bij vertrek vanuit Spore. Dit was geen bezoek van vriendelijke mensen in een walvissloep maar van mensen met minder goede bedoelingen. Piraten kwamen aan boord en bedreigden de bemanning. Gelukkig kwam men ervan af met grote schrik, maar ook met een lege brandkoffer. De reis naar Jakarta verliep verder naar wens.

 

Opgetekend door Hugo Van Britsom
Met dank aan kapitein Elie Petitjean
Met dank aan Marc Hauman voor het nalezen.

 

Voetnoten

1 De opleiding tot officier aan de Hogere Zeevaartschool bedroeg 3 jaar, waarvan het eerste jaar “amarinage” op zee gevolgd werd door twee jaar cursus in Antwerpen.
2 Lng wordt in vloeibare staat opgeslagen door het op zeer lage temperatuur te houden, namelijk op het kookpunt (-162°C). Er is altijd een hoeveelheid gas dat gaat vrijkomen, het boil-off-gas (BOG). Lng-schepen, zoals de Methania, gebruiken de boil-off als brandstof.
3 Sloshing is het verschijnsel van een vloeistof die heen en weer klotst in het ruim. De massa in het gigantische ruim van de Methania was dermate groot dat de krachten uitgeoefend op de wanden mogelijk schade zouden kunnen veroorzaken. Gezien de grote risico’s bij dergelijke gastankers, werd besloten om de top en bodem van de cargotanks te versterken.
4 Vinylchloride of chlooretheen is een gas met een zoete geur. Het is zeer giftig, brandbaar en kankerverwekkend. Het kan in het milieu worden gevormd wanneer bodemorganismen gechloreerde oplosmiddelen afbreken.
Het soortelijk gewicht van VCM is 0.97 bij 14°C, dat van LPG 0.58 bij -42°C. Voor een volle tank maakt dit een enorm verschil in gewicht. Dit is dan ook de reden dat men ladingen gas uitdrukt in kubieke meters en niet in ton.
5 CTK staat voor Cargotank
6 SPORE staat voor Singapore
7 De Pitcairneilanden zijn een groep van vijf eilanden halverwege Paaseiland en Tahiti waarvan alleen het hoofdeiland Pitcairn bewoond is. De eilanden vormen een overzees gebiedsdeel onder soevereiniteit van het Verenigd Koninkrijk.
Het eiland heeft geen vliegveld of haven en is alleen bereikbaar per schip via de rede van Bounty Bay. Dat kan alleen bij gunstige weersomstandigheden, bij slecht weer vaart het schip verder. Het eiland wordt wel beschouwd als een van de meest afgelegen plaatsen ter wereld. Het eiland werd in 1767 ontdekt en genoemd naar de toen vijftienjarige matroos die het ontdekte, Robert Pitcairn. Het eiland was toen onbewoond.
In 1790 zochten negen muiters van de HMAV Bounty, samen met twaalf Tahitiaanse vrouwen en zes Tahitiaanse mannen en een baby, hun toevlucht tot het eiland.

 



Copyright Op Stoapel VZW   |   site by WebXclusive®, digital marketing agency

Facebook Iconfacebook like button